HomeNieuwsMilieuStikstof en fosfaat in dierlijke mest lager dan nieuw mestplafond

Stikstof en fosfaat in dierlijke mest lager dan nieuw mestplafond


De uitscheiding van stikstof in dierlijke mest bedroeg 465 miljoen kilogram in 2022. Dat is 1,2 procent minder dan een jaar eerder en 4,9 procent onder het nieuwe stikstofplafond dat de Europese Commissie heeft vastgesteld voor de Nederlandse veestapel. De fosfaatuitscheiding bedroeg 148 miljoen kilogram. Dat is gelijk aan een jaar eerder en 1,7 procent onder het nieuwe fosfaatplafond. Dit meldt het CBS op basis van voorlopige cijfers.

In 2022 bleef de stikstofuitscheiding in de mest van koeien, varkens, kippen en ander vee 24 miljoen kilogram onder het vastgestelde stikstofplafond van 489,4 miljoen kilogram. Ook in 2021 lag de stikstofuitscheiding al onder het nieuwe productieplafond dat de Europese Commissie eind september vorig jaar vaststelde.

Sinds 2017 is de stikstofuitscheiding van de veestapel afgenomen met 47 miljoen kilogram en de fosfaatuitscheiding met 21 miljoen kilogram. De grootste bijdrage hieraan (34 miljoen kilogram stikstof en 11 miljoen kilogram fosfaat) werd geleverd door de melkveehouderij, vooral door het houden van minder koeien en jongvee.

Stikstofuitscheiding melkvee onder plafond

Melkkoeien en het bijbehorende jongvee scheidden vorig jaar 270 miljoen kilogram stikstof uit, 1,2 procent minder dan in 2021. Tot 2015 werd de omvang van de melkveestapel begrensd door het melkquotum. Om de groei van de melkveestapel na de afschaffing van het melkquotum een halt toe te roepen is in 2018 het fosfaatrechtenstelsel ingevoerd. Vanaf dat jaar is er sprake van een geleidelijke daling van de stikstofuitscheiding door de melkveesector.

Geen daling fosfaatuitscheiding in dierlijke mest

De fosfaatuitscheiding bleef in 2022 gelijk ten opzichte van een jaar eerder, maar wel onder het nieuwe productieplafond van 150,7 miljoen kilogram. De fosfaatproductie van de melkveesector bedroeg vorig jaar 75 miljoen kilogram, 1,7 procent meer dan in 2021.

Uitscheiding melkvee afhankelijk van samenstelling ruwvoer

Dat de melkveehouderij minder stikstof maar meer fosfaat produceert, hangt vooral samen met de samenstelling van het ruwvoer: gras en snijmaïs. Kuilgras dat in 2022 is gevoerd, bestaat voor een groot deel uit de grasoogst van 2021 en voor een deel uit de oogst van 2022. Die jaren was het stikstofgehalte van het gras relatief laag, waardoor het gemiddelde stikstofgehalte lager uitviel. Het fosforgehalte van het ingekuilde gras was in 2021 juist hoger en een groot deel hiervan is gebruikt in 2022.

Minder stikstof- en fosfaatuitscheiding in varkens- en pluimveemest door minder dieren

De stikstofuitscheiding van de varkenssector daalde in 2022 met 1,7 procent naar 87 miljoen kilogram. De fosfaatuitscheiding nam tegelijkertijd af met 1,8 procent kilogram tot 34 miljoen kilogram. In de pluimveesector daalde de stikstofuitscheiding met 1,4 procent. Ook de fosfaatuitscheiding nam af (1,7 procent).

De stikstof- en fosfaatuitscheiding van varkens en pluimvee hangt vooral samen met de afname van het aantal dieren. Deze dieren krijgen namelijk geen ruwvoer maar voornamelijk mengvoer met een vrij constante samenstelling. Door afname van het aantal dieren is de uitscheiding van stikstof en fosfaat via de mest van varkens en pluimvee in de afgelopen zeven jaar daarom steeds verder gedaald.

De mestproductie van het overige vee zoals paarden, pony’s, schapen en geiten bleef in 2022 nagenoeg onveranderd op 22 miljoen kilogram stikstof en 7 miljoen kilogram fosfaat.

Milieu artikelen