HomeNieuwsColumnNeef Maarten ontdekt het dualisme

Neef Maarten ontdekt het dualisme

dualisme
Ik heb neef Maarten tot voor kort niet zo vaak op bezoek gehad. Hij is inmiddels raadslid in de gemeente Schalieveen voor de partij: Krachtig Schalieveen. In mijn vorige column introduceerde ik neef Maarten. Momenteel vliegt hij van de ene leerwerkbijeenkomst naar de andere. Bovendien zijn de vergaderingen waarin hij geacht wordt te acteren als raadslid alweer begonnen, hij heeft duidelijk last van toneelvrees.

Het inwerkprogramma voor raadsleden van de gemeente Schalieveen is imponerend, merk ik. Neef heeft al een uitgebreide introductie van en over de werkwijze van het gemeentelijk apparaat achter de rug, afgesloten met een diner waarbij ook de partners aanwezig mochten zijn. Goed voor de onderlinge verstandhouding,  je zit als gemeenteraadslid, of je het nu wilt of niet, met elkaar in hetzelfde schuitje. En zonder goede steun van het thuisfront is het een bijna ondoenlijke klus. Je privéleven en je (voorheen) vrije tijd wordt vaak ondergeschikt aan het werken voor de gemeente; stukken lezen, vergaderen, burgers bezoeken, situaties in ogenschouw nemen.

Hij merkte tijdens het diner ook op dat er allerlei aanklampingen plaatsvonden tussen gemeenteraadsleden. Vermoedelijk had dat iets te maken met de collegevorming die ondertussen was gestart. Neef staat hier ver van, maar hij heeft zijn ogen en oren niet in de zak. De jongen zal het nog ver schoppen als hij het spel goed speelt, dat is me wel duidelijk. Maar ik dwaal af.

Een hersenbreker voor neef was de uitleg over de gemeentelijke financiën. Op het eerste oog staat de gemeente Schalieveen er goed voor. Er is geen directe noodzaak meer om financieel ingrijpende maatregelen te gaan nemen en er is geen structureel tekort. Dat was de vorige collegeperiode wel anders. De spaarpot van de gemeente – de algemene reserve-  ziet er inmiddels gezond uit. Er zijn de komende jaren wel enkele risico’s zoals de overheveling van taken van Rijk naar gemeenten. Het betreft taken in het kader van de Jeugdzorg, AWBZ en Participatiewet. Daarnaast is er de slechte ontwikkeling op de korte termijn van de bezetting door bedrijven van bedrijfsterreinen. De werkloosheid in Schalieveen neemt niet af en de groei van het aantal bijstandcliënten, die voor rekening van de gemeente komen, ziet er zorgelijk uit. Kantoorpanden vertonen leegstand, evenals winkelpanden. Ongewisheid is er ook over een eventuele rentestijging waardoor de leningen van de gemeente duurder worden. ‘Maar neef, die risico’s kun je bij elke gemeente opschrijven, dus geldt hier het gezegde: gedeelde smart is halve smart’. Dat begreep neef heel goed en zijn gezicht klaarde op.

‘Goh oom, moet ik me tot in detail met al die financiële cijfertjes bezighouden? En ik hoor ook in al die bijeenkomsten steeds maar zeggen dat er geen geld is om leuke dingen te doen voor de inwoners. En ik wil graag zo veel leuke dingen doen voor de mensen.’ Ik fronste de wenkbrauwen en herinnerde me hoe een financieel specialist eens korte metten maakte met dat geen geld-argument in een gemeenteraad. Hij zei eenvoudig dat als je echt wat wilt er altijd geld is te vinden. Hij had van een afgelopen jaar eens geïnventariseerd waar het college van B&W zelf allerlei geld vandaan had getoverd om onverwachte tegenvallers mee op te vangen of onverwachte leuke dingen te doen. Gewone mensen schrikken bij bedragen van enige tienduizenden euro’s. In de financiële sfeer van een gemeentebegroting is dat echter slechts een afrondingsgetal. Teveel mensen in een raad die alleen maar kennis hebben van het eigen huishoudboekje en conservatief en niet bedrijfstechnisch kunnen kijken, dat wreekt zich op den duur wat gemeentelijk beheer en ontwikkeling betreft. Dus neef wees niet zo benauwd’.

Toen ik hem dat had verteld werd hij wat onrustig. Zijn eigen partij is immers plotseling de leidende partij in het college van B&W geworden. Dus als hij er, zo als ik suggereerde, kritisch op los zou gaan, dan kunnen er enige spanningen tussen collegeleden van de eigen partij en hem als raadslid ontstaan. En daar houdt men nu eenmaal niet van, dat begrijpt neef heel goed.

‘Ja neef, maar dat hoort er nu eenmaal bij, dus maak je over die mogelijke spanningen geen zorgen. We hebben ondertussen al enige jaren het dualistische stelsel waarin een dergelijke onafhankelijke opstelling van de gemeenteraad, dus ook gemeenteraadsleden ten opzichte van het college, nu eenmaal een gegeven is. Het doel daarvan is meer debat in de gemeenteraad te brengen, dus schroom niet. Een raadsfractie behoort niet automatisch mee te stemmen met alle voorstellen die vanuit de coalitie komen en kan de eigen wethouder(s) af en toe best een veeg uit de pan geven. 

Op het gebrek aan dualisme bestaat momenteel veel kritiek. Een in dat opzicht verhelderende positief-kritische opstelling van een partij of individueel raadslid wordt nog wel eens in een voor insiders opzichtig onderonsje tussen college en fractie weggepoetst. Dat bevordert het dualisme niet, Maar bedenk dat er altijd onderonsjes zullen plaatsvinden, maak je daarover geen illusies. Daar goed mee omgaan en je punten scoren en ondertussen de burger boeien, dat is de kunst. Grijp je kans jongen! Hebben ze het daar in die leerwerkbijeenkomsten die nu veel tijd en energie van je vergen al over gehad? Zo niet, vraag dan eens naar dat dualisme en kijk wie er benauwd om zich heen beginnen te kijken. Interessant is ook of je er door die vraag er zo door opvalt dat je er plotseling allerlei interessante nieuwe contacten door krijgt.’

 

LEES OOK: 

04-04-2014: Neef Maarten wordt raadslid

Column artikelen