HomeNieuwsVeiligheidVerruiming cameratoezicht gemeenten

Verruiming cameratoezicht gemeenten


Een wetswijziging tot verruiming van de bevoegdheid van de burgemeester tot de inzet van cameratoezicht en gezien de positieve effecten van het gebruik van bodycams zijn in augustus in Purmerend per direct 5 bodycams in gebruik genomen voor buurttoezichthouders en handhavers openbare ruimte.

De Eerste Kamer heeft al op 22 maart 2016 ingestemd met het verruimen van het cameratoezicht. Hierdoor wordt mobiel cameratoezicht met onder andere drones mogelijk vanaf 1 juli 2016.

Met deze wet worden geen technische beperkingen meer aan toezichtscamera’s gesteld. Het is dus mogelijk dat de burgemeester besluit tot de inzet van rijdende of vliegende camera’s (drones). “Daarbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan de verplaatsing van een aanhangwagen met een statief waarop een camera is geplaatst. Ook kan worden gedacht aan camera’s die eenvoudig aan lantaarnpalen kunnen worden bevestigd en op die manier met de overlast mee kunnen worden verplaatst.” De burgemeester moet daarbij wel hard kunnen maken dat de grotere inbreuk op de privacy dan met het gebruik van statische camera’s, gerechtvaardigd is.

Beroepsmogelijkheid verdwijnt

Het gemeentelijk cameratoezicht wordt geregeld in de gemeentewet, waar ook deze wetswijziging deel van uitmaakt. De burgemeester kan besluiten tot cameratoezicht in een bepaald gebied “ter handhaving van de openbare orde”. Onder de oude regels kreeg elke camera daarbij een vaste plek door middel van een ‘plaatsingsbesluit’. Burgers konden nog tegen elke individuele camera in beroep gaan. Zowel het plaatsingsbesluit als de beroepsmogelijkheid vervallen met deze nieuwe wet. Volgens de nieuwe wet bepaalt de gemeenteraad of er cameratoezicht mag worden toegepast en binnen welk kader dat mag. De burgemeester kan vervolgens een gebied aanwijzen voor cameratoezicht. De gemeenteraad wordt hierover geïnformeerd. Waar en wanneer de camera’s binnen dat gebied daadwerkelijk worden ingezet, bepaalt de burgemeester zelfstandig.

Meer toezicht

Met flexibele camera’s kan de gemeente cameratoezicht uitoefenen waar dat incidenteel nodig wordt geacht op voorwaarde dat het gebied daarvoor eerst is aangewezen. Er is daarom een grote kans dat naast de vaste camera’s er een groter gebied zal worden aangewezen waar indien gewenst flexibele camera’s mogen worden ingezet. De verwachting is dat het cameratoezicht in zijn geheel zal toenemen. De minister onderkent dit en heeft daarom een bepaling opgenomen dat “de burgemeester verplicht is om het cameratoezicht in te trekken zodra de inzet van camera’s niet langer noodzakelijk is in het belang van de handhaving van de openbare orde.” Hij verwacht daarbij van gemeenten dat “de inzet van het cameratoezicht periodiek wordt geëvalueerd”.

Bewaartermijn

De wettelijke bewaartermijn van de beelden is vastgesteld op vier weken. Hoewel de camera’s bedoeld zijn voor het handhaven van de openbare orde, mogen de bewaarde beelden door de politie gebruikt worden bij de opsporing van een concreet strafbaar feit. Naast deze toezichtcamera’s van de gemeente, werkt de politie ook met (mobiele) camera’s, zoals bijvoorbeeld helmcamera’s of camera’s op politievoertuigen. Deze camera’s worden ingezet bij handhaving van de rechtsorde op basis van de Politiewet.

Veiligheid artikelen