HomeNieuwsEconomieOnline winkelen neemt toe. Er blijven kansen voor fysieke winkels

Online winkelen neemt toe. Er blijven kansen voor fysieke winkels

wormerpleinabc
Het aantal mensen dat online winkelt, blijft nog steeds toenemen. Dat heeft met name effect op middelgrote winkelcentra. Winkels in deze gebieden zien hun omzet teruglopen. Dat is een van de conclusies uit het tweejaarlijkse ‘Randstad Koopstromenonderzoek 2018’. Uitgevoerd in de provincies Noord-Holland, Zuid-Holland en Utrecht.
Grote winkelgebieden doen het goed, middelgrote centra meer onder druk
Door de economische groei besteedden inwoners van de Randstad in 2018 meer dan in 2016. Een belangrijk deel hiervan kwam terecht bij webwinkels. Het aantal winkelmeters aan dagelijkse goederen is beperkt groter dan twee jaar geleden, terwijl het aantal niet-dagelijkse meters nauwelijks wijzigde. Het aantal winkels nam in die periode af met maar liefst 1.100. De centra van de grote steden kenden een groei van bestedingen, onder andere door de toename van toerisme. Een groeiende groep middelgrote winkelcentra verloor terrein, daar is ook het grootste verlies aan winkels te zien.

Online aandeel in detailhandelsbestedingen groeit door
In 2018 is de eerder ingezette trend van online shoppen onverminderd doorgezet. Dit geldt met name voor de dagelijkse boodschappen waar tussen 2016 en 2018 het online aandeel verdubbelde van 1,6% naar 3,1%. Ook voor zogeheten niet-dagelijkse producten zoals kleding en elektronica groeide de online verkoop van 20,6% naar 24,2%.

Onderzoekresultaten m.b.t. Purmerend
In Purmerend zijn onderzocht: de binnenstad, winkelcentrum Weidevenne en het winkelgebied Wagenweg en Burgemeester Kooimanweg.

De grote lijnen zoals die in 2016 uit het koopstromenonderzoek naar voren kwamen, hebben zich de afgelopen jaren doorgezet.
In 2018 besteedden inwoners van de Randstad gemiddeld 14% van hun uitgaven bij webwinkels; in 2016 was dat 11,5%.
Voor de dagelijkse boodschappen verdubbelde de oriëntatie van consumenten op internet in twee jaar tijd naar 3, 1 %. M.a.w. 3, 1 % van de dagelijkse boodschappen vindt plaats via internet.
Voor de niet-dagelijkse boodschappen groeide de aankooporiëntatie op internet gestaag door naar 24,2%.

Het KSO voorspelt dat deze groei de komende jaren verder doorzet en dat fysieke winkelgebieden de komende tijd met toenemende online concurrentie te maken blijven houden.
Middelgrote centra in de buurt van de vier grote binnensteden hebben te maken met de grootste dalingen in economisch functioneren. Het zijn vooral de vier grootste binnensteden (Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht) die duidelijk stand weten te houden, mede als gevolg van hun toeristische trekkracht.
De middelgrote centra trekken minder bestedingen uit omliggende gemeenten aan. Daarmee verzwakt hun regiopositie. De verwachting is niet dat voor deze centra de regionaal verzorgende positie geheel zal verdwijnen.

Onderzoeksresultaten: Centrum Purmerend
In totaal wordt jaarlijks voor ongeveer€ 158,4 miljoen gekocht in de winkels in de Purmerendse binnenstad. Hiervan wordt€ 41,5 miljoen besteed aan dagelijkse boodschappen en € 116,5 miljoen aan niet dagelijkse artikelen. Deze bedragen zijn vergelijkbaar met het centrum van Hoorn. Ten opzichte van 2016 zijn de uitgaven in binnenstadwinkels met 1,6% gedaald.
35% van de uitgaven in de binnenstad winkels wordt gedaan door mensen van buiten Purmerend (32% door inwoners van de regio en 3% door toeristen en dagjesmensen).

Purmerend centrum trekt hiermee in verhouding meer bezoekers van buiten de stad dan Zaanstad, maar minder dan de binnenstad van Hoorn.
Het aandeel bestedingen van buiten Purmerend is licht gedaald ten opzichte van 2016. Bezoekers van buiten de stad komen voornamelijk uit Beemster, Edam-Volendam en Waterland. Het aandeel bezoekers uit Landsmeer, Oostzaan en Zaanstad is beperkt.
Purmerenders hebben tezamen de afgelopen jaren meer dan € 100 miljoen besteed in winkels in de eigen binnenstad. Dit is een lichte stijging ten opzichte van 2016. De koopkrachtbinding van Purmerenders (dus mate van het doen van aankopen binnen de eigen stad) is hoger dan gemiddeld.

Er is ten opzichte van 2016 wel een daling te zien, die voornamelijk wordt veroorzaakt door de afvloeiing naar het internet. Toeristen brachten bijna € 5 miljoen naar de winkels in de binnenstad. De uitgaven aan dagelijkse artikelen in de binnenstad zijn bijna € 4 miljoen gestegen ten opzichte van 2016. Uitgaven aan niet-dagelijkse artikelen zijn t.o.v. 2016 met bijna€ 7 miljoen gedaald, deze klap valt bijna geheel in de branche ‘mode en luxe’.
Dit beeld is veel te zien in winkelgebieden van vergelijkbare grootte. De overige branches (‘vrije tijd’, ‘in en om het huis’ en ‘overig’) zijn vrijwel gelijk gebleven.
Zowel in aantal winkels als in vloeroppervlak is de branche ‘mode en luxe’ veruit het sterkst vertegenwoordigd in de Purmerendse binnenstad (respectievelijk 48% en 52%).
Dagelijkse aankopen vinden gelijkmatig verspreid over de week plaats. Dat geldt geenszins voor aankopen in de branche ‘mode en luxe’, waar 50% van de aankopen plaatsvindt op zaterdagen.

Combinatie met horeca en anderszins
Ongeveer de helft van de bezoeken aan binnenstadwinkels wordt gecombineerd met een bezoek aan andere binnenstadsfuncties, zoals horeca (78% ), verzorging of leisure.
Purmerenders komen voornamelijk te fiets naar het centrum ( 44% ); de auto is een goede tweede (35% ).
73% van de bezoekers van buiten Purmerend komt met de auto. Het openbaar vervoer wordt door zowel Purmerenders als door mensen van buiten Purmerend zeer beperkt gebruikt om de binnenstad te bezoeken (in beide gevallen 3% ).

De winkelvoorzieningen in Purmerend worden met het rapportcijfer 7,9 iets beter gewaardeerd dan vergelijkbare centra (7,7).
Het laagst wordt gescoord op parkeervoorzieningen (7,0), wat overigens elders in de Randstad ook niet hoog scoort.
Het hoogst gewaardeerd in de Purmerendse binnenstad zijn het horeca- aanbod (8, 1) en de veiligheid (7,9).

Onderzoeksresultaten: Wagenweg-Kooimanweg en Weidevenne
Een aantal resultaten van het onderzoek m.b.t. de winkelgebieden Wagenweg/Kooimanweg en Weidevenne:
Wagenweg/Kooimanweg laat een duidelijke stijging zien in van de bestedingen in zowel de dagelijkse als niet-dagelijkse boodschappen tussen 2016 en 2018. In Weidevenne is juist een daling te zien t.o.v. 2016. In het Wagenweggebied/Kooimanweg wordt jaarlijks voor € 24,6 miljoen aan dagelijkse boodschappen gedaan t.o.v.€ 39,7 miljoen in Weidevenne.
Weidevenne heeft hiermee een zeer hoge besteding per m2. 26% van de dagelijkse boodschappen op de Wagenweg/Kooimanweg wordt gedaan door mensen van buiten Purmerend, voornamelijk Beemster. Voor de niet-dagelijkse boodschappen komen vooral inwoners van Edam-Volendam naar dit winkelgebied.
In Weidevenne is het aandeel niet-Purmerenders beduidend lager. De toestroom van buiten komt hier vooral uit Wormerland.
Wagenweg/Kooimanweg en Weidevenne worden vooral gewaardeerd om de parkeervoorzieningen en autobereikbaarheid. Veruit de meeste bezoekers komen met de auto voor een kort bezoek. OV-bereikbaarheid, evenementen en faciliteiten scoren matig in Weidevenne.
Aanbevelingen
Op basis van de resultaten uit het KSO doet het college van Purmerend enkele aanbevelingen.
  • Een goed georganiseerde samenwerking tussen ondernemers zorgt voor investeringen die de aantrekkelijkheid van het winkelgebied ten goede komen. De kracht van de binnenstad wordt bepaald door de synergie van de winkels en horeca in de oude binnenstad en het Eggert Centrum en de horecaconcentratie op de Koemarkt. Samenwerking tussen deze gebieden is essentieel.
  • Promotie en evenementen dragen bij aan het bewustzijn van inwoners in de regio van de aanwezigheid van een aantrekkelijk historisch winkelgebied dat de moeite waard is om te bezoeken.
  • Ook voor de wijkwinkelcentra liggen kansen om de regio meer naar de centra te trekken. Er is nog groeipotentie voor toerisme en de toestroom van bezoekers uit Edam-Volendam, Waterland, Zaanstad en Amsterdam- Noord. Fysieke verbetering van de wijkwinkelcentra, buurtevenementen en maatschappelijke voorzieningen vergroten de koopkrachtbinding vanuit de wijk.
  • Transformatie van leegstaande winkelruimten aan de randen van de binnenstad naar woningen of kantoren zorgen voor een compacter kernwinkelgebied. Hiermee kan toename van leegstand worden voorkomen, zonder dat wordt ingeboet op de aantrekkingskracht en het aanbod.
  • Internet is niet alleen een bedreiging. Het biedt ook kansen om zelf als winkel en als centrum nieuwe doelgroepen te bereiken, nieuwe diensten te verlenen en een groter assortiment te voeren. Daarnaast vestigen internetwinkels zich steeds vaker in fysieke winkels.

Winkelcentrum Weidevenne staat in de top 3 van meest toekomstbestendige winkelgebieden van Noord-Holland. Dit mag met trots worden uitgedragen, zo stelt het college.

Zie www.kso2018.nl voor alle resultaten of neem contact op met Thijs Lenderink t.lenderink@ioresearch.nl

Foto Stadspartij

Economie artikelen