HomeNieuwsRuimtelijke OrdeningNieuwe (herziene) woonruimteverdeling in aantocht

Nieuwe (herziene) woonruimteverdeling in aantocht

WoningenpendHA
Bij deze herziening werkt Purmerend samen met veertien gemeenten in de regio’s Zaanstreek-Waterland, Amsterdam en Amstelland-Meerlanden. Streven is een woonruimteverdeling die meer recht doet aan de omstandigheden van de woningzoekende.

Inspraakperiode afgerond

De inspraakperiode is inmiddels afgerond. Belangrijkste onderdeel daarvan was een enquête, die door alle inwoners uit de regio’s Zaanstreek-Waterland, Amsterdam en Amstelland-Meerlanden kon worden ingevuld. Ruim 23.000 mensen hebben deze enquête ook daadwerkelijk ingevuld, waarvan 2.288 uit de gemeente Purmerend. Uit de enquête blijkt een breed draagvlak om meer woningen toe te wijzen aan de woningzoekenden die dat het hardste nodig hebben. Ook blijkt uit de enquête dat er vooral draagvlak is om mensen in de volgende drie omstandigheden een extra steun te geven bij het vinden van een woning. Het gaat om:
  • gescheiden met kinderen
  • inwonend met kinderen
  • problematisch thuiswonende jongeren
Daarnaast is in de enquête te zien dat naarmate men ouder is het draagvlak voor inschrijfduur als volgordecriterium groter wordt. Jongeren hebben echter een sterkere voorkeur voor andere volgordecriteria. Dit bleek ook uit de verdieping tijdens de lokale discussiemiddagen en -avonden.
Resultaten besproken
De resultaten van de enquête en overige inspraak zijn besproken door de vijftien wethouders Wonen van de regiogemeenten en de corporaties. Ook de inbreng die is opgehaald tijdens de raadsconsultaties is hierin meegenomen. Op basis van deze informatie hebben de betrokken wethouders en corporaties gesproken over de koers voor verdere uitwerking van een voorstel voor herziening van de woonruimteverdeling. Er is overeenstemming over de koers voor verdere uitwerking van een voorstel.
De uitgangspunten
Als koers voor verdere uitwerking is het uitwerken van een voorstel waarbij de inschrijfduur een belangrijke basis is, maar waarbij huishoudens in genoemde omstandigheden een extra steun krijgen bij het vinden van een woning, bijvoorbeeld in de vorm van extra inschrijfduur. Belangrijke uitgangspunten zijn onder andere ruimte voor de gewone woningzoekende, een uitlegbaar systeem voor de burger en uitvoerbaarheid.
De koers op hoofdlijnen is
  • Inschrijfduur blijft de basis voor de woonruimteverdeling, aangevuld met ondersteuning (bijvoorbeeld in de vorm van extra inschrijfduur) voor mensen in de omstandigheden die in de enquête veel genoemd zijn. De omstandigheden moeten verder uitgewerkt worden en op een objectieve manier meetbaar zijn. Aandachtspunt is dat een flink deel van de woningen beschikbaar blijft voor de ‘gewone’ woningzoekende.
  • Onderzocht wordt of daarnaast actief zoeken meer beloond moet worden. Nu telt alleen de ‘wachttijd’, terwijl veel mensen niet woningzoekend zijn en alleen uit voorzorg zijn ingeschreven. Aandachtspunt bij het belonen van actief zoeken is het tegengaan van strategisch gedrag.
  • Verkend wordt hoe de doorstroming kan worden bevorderd en hoe bevorderd kan worden dat mensen zich pas inschrijven wanneer zij ook actief op zoek willen. Inschrijfduur werkt nu teveel als een spaarsysteem.
  • Onderzoek naar de effecten van verschillende maatregelen voor starters en jongeren, gezien hun bijzondere positie op de woningmarkt. Bijvoorbeeld door hen bij de start extra punten mee te geven. Daarnaast onderzoeken we alternatieve manieren om jongerenwoningen toe te wijzen, waarbij er onder de jongeren meer spreiding naar leeftijd ontstaat.
  • Onderzoeken naar de mogelijkheid om ook woningen met speciale voorwaarden aan te bieden. Dit zijn woningen waarbij bijvoorbeeld minder geweigerd mag worden.
  • Ruimte te houden voor lokaal maatwerk. Bijvoorbeeld om bij een deel van de woningen lokale voorrang toe te kunnen passen, maar ook bij inzet van bovengenoemde woningen met speciale voorwaarden.
Besluitvormingsfase

Op basis van bovenstaande uitgangspunten wordt nu een voorstel op hoofdlijnen uitgewerkt. In september 2019 wordt dit voorstel voorgelegd aan de wethouders Wonen van de vijftien regiogemeenten.
Hierna, in de periode oktober-november 2019, wordt dit voorstel opnieuw in de gemeenteraden besproken.

Het voorstel wordt daarna opnieuw aangepast en verder uitgewerkt. In het voorjaar van 2020 wordt het voorstel voorgelegd aan B&W met het verzoek het vrij te geven voor inspraak. Na inspraak en vaststelling wordt het beleidsvoorstel vastgelegd in een huisvestingsverordening.

Streven is deze nieuwe huisvestingsverordening in 2021 in werking te laten treden.

foto Stadspartij

Ruimtelijke Ordening artikelen