HomeNieuwsRuimtelijke OrdeningOntwikkelingen woonruimte in Purmerend

Ontwikkelingen woonruimte in Purmerend


De Jaarrapportage Woonruimteverdeling 2015 van de Stadsregio Amsterdam geeft veel informatie over de ontwikkelingen in de sociale voorraad en de verdeling van de vrijkomende woningen binnen de regio(gemeenten). Het geeft eveneens een goed beeld van de specifieke positie van Purmerend binnen de regio. 

Het rapport bevat uitgebreide gegevens over Purmerend voor wat betreft: (de ontwikkeling van) het aantal verhuringen, verlote woningen, actief woningzoekenden, reacties per woning, verhouding doorstromers/starters, verhuringen aan voorrangskandidaten, verhuringen naar inkomensgroepen, de gemiddeld benodigde woon- en inschrijfduur, de gemiddelde zoektijd en de verhuisbewegingen binnen de sociale voorraad.

De planvorming Kop West  is nog niet ver genoeg gevorderd om vast te kunnen stellen wat de ruimte in de grondexploitatie voor sociale huur is. Naar verwachting is dit in januari a.s. wel mogelijk.  

Informatie ontwikkelingen nieuwe woningwet en de hier bijbehorende woningmarktregiovorming 

De woningmarktregiovorming Purmerend behoort inmiddels officieel tot de woningmarktregio Metropoolregio Amsterdam. Dat heeft de minister op 30 augustus besloten door  de Metropoolregio Amsterdam (MRA) aan te wijzen als woningmarktregio. Dit op verzoek van de gemeenten van de MRA, waaronder ook Purmerend. Met dit besluit is vastgelegd voor welke corporaties de MRA het zogenaamde ‘kerngebied’ is; de gemeenten waarbinnen zij hun bezit mogen uitbreiden. Bezit buiten het kerngebied – dus in gemeenten in een andere woningmarktregio – mag niet worden uitgebreid. Corporaties kunnen wel ontheffing aanvragen voor dit uitbreidingsverbod.  

Om te kunnen bouwen is ontheffing nodig in Purmerend.

Voor Purmerend, maar ook voor Beemster, Waterland en Edam-Volendam, geldt nu dat de corporaties Intermaris en Wooncompagnie hun kerngebied niet in de MRA, maar in de woningmarktregio Noord-Holland-Noord hebben. In principe mogen zij binnen de Waterlandse gemeenten niet meer uitbreiden.

Gezien de volkshuisvestelijke opgave in Purmerend en de andere gemeenten is uitbreiding zeker noodzakelijk en is voor deze corporaties dus een ontheffing nodig. Het afgelopen halfjaar is hierover regelmatig contact geweest met het ministerie van BZK en inmiddels is duidelijk dat het ministerie de ontheffingsaanvragen voor de beide corporaties – mits goed onderbouwd – zeker welwillend zal behandelen. Dit valt ook af te leiden uit de brief van de minister aan de Tweede Kamer van 13 juli jl. over de stand van zaken woningmarktregio’s (zie bijlage).

In deze brief gaat de minister ook uitgebreid in op de afname van de zogenaamde ‘maximaal beschikbare bestedingsruimte’ van corporaties met grote aantallen woningen in gemeenten buiten hun kerngebied, zoals Purmerend en de andere Waterlandse gemeenten. In Purmerend neemt deze ruimte af met 87%, stelt hij. De minister constateert vervolgens dat er oplossingen moeten komen voor deze gemeenten in het geval dat de overige corporaties binnen deze gemeenten samen onvoldoende bestedingsruimte beschikbaar hebben voor de volkshuisvestelijke opgave. Hij wijst erop dat de wet hiervoor ook nadrukkelijk een oplossing heeft; namelijk het  ontheffingsverzoek.  

In samenwerking met het ministerie, de betrokken corporaties en gemeenten en de Stadsregio Amsterdam worden de ontheffingsaanvragen voor Intermaris en Wooncompagnie momenteel voorbereid en naar verwachting eind september ingediend. Het besluit van de minister zal vervolgens zo’n zes tot acht weken op zich laten wachten. Medio/eind november moet duidelijk zijn of de ontheffingen worden verleend. Er is echter geen reden om aan te nemen dat dit niet het geval zal zijn. In de tussentijd gaan alle projecten ook gewoon door. 

Actualisering afspraken corporaties

Onlangs is gestart met het proces richting actualisering van de afspraken van de gemeente  met de corporaties. Als gevolg van de nieuwe woningwet heeft het proces dit keer wel een iets andere vorm gekregen. Zo zitten niet alleen de corporaties, maar ook de huurdersorganisaties aan tafel en worden de afspraken tussen gemeente, corporaties en huurdersorganisaties gemaakt op basis van de nieuwe woonvisie van de gemeente – een vereiste uit de nieuwe woningwet. Het onderhandelingsproces wordt begeleid door een extern bureau en op 1 september was de aftrap.

Ruimtelijke Ordening artikelen