HomeNieuwsVeiligheidPolitiebonden: Nationale Politie komt afspraken niet na

Politiebonden: Nationale Politie komt afspraken niet na

politieuniform
De politievakbonden vinden dat de regionale politiechefs en de afdeling HRM binnen de Nationale Politie te veel vrijheid krijgen om van landelijke afspraken met de bonden af te wijken. Ze hebben daarom het overleg met minister Opstelten van Veiligheid en Justitie (V&J) over de spelregels bij de komende personele reorganisatie afgebroken. De bonden hebben hun besturen bijeengeroepen om zich te beraden over vervolgstappen.

Op donderdag 1 augustus waren vertegenwoordigers van de minister, het korps en de vakbonden bijeen voor een extra landelijk overleg. Op de agenda stond het bespreken van mogelijke oplossingen voor de vastgestelde problemen bij het overzetten van de huidige politiefuncties naar functies uit het nieuwe Landelijke Functiegebouw Nederlandse Politie (LFNP). Daar moet een mouw aan worden gepast voordat kan worden begonnen met de personele reorganisatie, waarbij in totaal 63.000 politieambtenaren een functie binnen de Nationale Politie toegewezen moeten krijgen. 

Politietop negeert gemaakte afspraken

Helaas bleek het echter noodzakelijk om een ander onderwerp voorrang te geven. De voorzitters van de politievakbonden hebben de minister gemeld dat hen de afgelopen dagen opnieuw duidelijk was geworden dat eerder gemaakte afspraken stelselmatig door de politietop worden genegeerd. In de aanloop naar de personele reorganisatie worden gauw nog even allerlei mensen op bepaalde posten benoemd, het zogenaamde voorsorteren. Ook huurt het korps her en der dure externe krachten in voor vrijgevallen functies en wordt doorstroming naar hogere schalen geblokkeerd. Al deze zaken benadelen de positie van huidige medewerkers tijdens de komende reorganisatie.

Decentraal geen enkele regie, samenhang of coördinatie

De bonden hebben moeten concluderen dat op de centraal gemaakte afspraken decentraal geen enkele regie, samenhang of coördinatie zit. Zelfs langlopende afspraken over het uitbetalen van overuren en modaliteiten (werkweekpatronen) komen daardoor onder druk te staan. Dit brengt de beoogde zorgvuldige realisatie van de Nationale Politie in gevaar. Bovendien leiden ze bij medewerkers tot wantrouwen, onbegrip en onduidelijkheid. De vraag rijst waarom de reorganisatie feitelijk nog moet starten, als veel eenheden al informeel met reorganiseren bezig zijn – en dan ook nog eens op basis van zelfbedachte spelregels! 

Geloofwaardigheid in geding

De bonden hebben de minister laten weten dat ze in deze situatie niet langer kunnen doorgaan met overleggen zonder dat hun geloofwaardigheid in het geding komt. Wat er nu in de sector gebeurt kunnen en willen ze niet aan hun achterban uitleggen. Het heeft geen zin om wekelijks in Den Haag aan tafel te schuiven om met de minister afspraken te maken over een eerlijke en begrijpelijke aanpak van de invoering van het nieuwe functiegebouw en de reorganisatie naar een Nationale Politie, als die afspraken daarna telkens door de politietop worden geschoffeerd. Hoewel de bonden er nog steeds op vertrouwen dat de intenties van de korpschef goed zijn, laten de uitvoering en realisatie daarvan sterk te wensen over. Daarbij speelt ook een rol dat minister Opstelten spijkerhard vasthoudt aan de politiek bepaalde opleverdatum en het reorganisatieproces dus onder grote tijdsdruk plaatsvindt.    

Broodnodige aanvullingen en afspraken 

Geen overleg tussen vakbonden en de minister betekent dat er niet langer gesproken wordt over oplossingen voor de problemen bij het overzetten van de huidige politiefuncties naar functies uit het nieuwe Landelijke Functiegebouw Nederlandse Politie (LFNP). Twee maanden geleden bleek maar liefst een kwart van alle politiemedewerkers er niet gerust op dat in zijn geval de juiste keuze was gemaakt en/of dat ze op basis van de toegekende LFNP-functie na de personele reorganisatie hun huidige werk konden blijven doen. Om de broodnodige aanvullingen en afspraken te maken waardoor de reorganisatie Nationale Politie succesvol kan verlopen, is overeenstemming tussen twee partijen (minister V&J en politiebonden) vereist. Zonder overleg kunnen dus geen aanpassingen worden doorgevoerd.

De bonden hebben hun besturen bijeengeroepen om vervolgstappen te bespreken. Ze zullen pas terugkomen aan de overlegtafel als ze serieuze garanties hebben gekregen over het nakomen van afgesproken spelregels, onder andere om de kwaliteit en snelheid van het proces te borgen. Ook moet er verbetering komen in de regie tussen de diensten die de afspraken moeten uitvoeren.


Door: Politiebonden

02/08/13 12:26

Veiligheid artikelen